
De Versterker: Leen Dendievel
De gewone schoonheid van Kommil Foo
De versterker van actrice en schrijfster Leen Dendievel
Achter elke mens staat een versterker: een song, album, muzikant of band die op kleine of grote momenten in het leven de kracht geeft om op te staan, het stof af te kloppen en door te gaan. Elke maand gaat Ohlalala op zoek naar een versterker van eigen bodem.
‘Muziek is niet weg te denken uit mijn leven. Mijn playlist gaat alle kanten uit, van Damien Rice, Anouk en Queen naar Nicole & Hugo en André Hazes Jr. Ik was al fan van de stem van mijn man (zanger Udo Mechels, red.) voor we elkaar kenden. Ik heb zelfs voor hem gestemd bij X-Factor, de talentenjacht die hij uiteindelijk won. “Wat een stem heeft die gast!”, dacht ik. Maar ik dacht er ook meteen bij: “Wat is dat met zijn haar?” Hij had altijd zeer speciale kapsels. (lacht) Ik was zeker geen groupie, ik kocht zelfs zijn cd’s niet, maar het nummer ‘Voorbij’ zat wel in mijn playlist. Intussen ben ik zo vertrouwd met zijn muziek dat die nummers niet maar hetzelfde effect hebben. Ik blijf keihard fan, maar helemaal verdwijnen in zijn songs, dat lukt niet meer. Ik denk nu vooral: “Mannekes, wat heeft mijn vent talent!” Ik voel een enorme trotsheid. Zijn muziek heeft voor mij een andere waarde gekregen.’
‘Rond 2004 leerde ik via een vriend Kommil Foo kennen. Ik hoorde ‘Laf Hart’ en ik was vertrokken. Dat arrangement, dat emotionele uitbarsten … Ik ben meteen hun cd’s gaan halen en ik heb ze grijsgedraaid. Ik mis nog altijd geen enkele voorstelling. Kommil Foo is op alle vlakken een versterker: ze laten me lachen met ‘Speer’, brengen me aan het huilen met ‘Madrid’ … Maar vooral met ‘Atlantis’ heb ik een speciale band. Het nummer gaat over George en Rita aan zee. Rita zit op het strand en denkt terug aan vroeger, hoe haar man in het water verdween en riep: “Rita, kom in zee!” Dat beeld, ik zie het zo voor me. Ik kan uren turen naar de zee, het geeft me de ruimte en de inspiratie om te creëren.’
‘De tekst van George en Rita heeft mijn debuutroman ‘Georges & Rita’ mee in gang gezet. Het boek is gebaseerd op het waargebeurde verhaal van Anne en François, een koppel dat beslist om samen uit het leven te stappen. Door het nummer ‘Atlantis’ van Kommil Foo zijn zij Georges en Rita geworden. En ik heb nog wel meer van de song in mijn verhaal verwerkt. Zo is “Rita, kom in zee” de allereerste zin van het boek – ofwel de allerlaatste, afhankelijk van wiens perspectief je eerst leest.’
‘Verhalen over oude mensen die elkaar moeten missen, hebben me altijd aangesproken. ‘Jef’ van Kommil Foo is ook zo een nummer, over een man die zijn vrouw mist. Hij drinkt haar koffie, doet haar lippenstift op, bestelt hesp zoals zij dat altijd deed ... Dat is zo mooi. Zo hard. Zo des levens. Oudere mensen die de liefde van hun leven hebben gevonden en die zich vasthouden aan gewoontes: ik vind dat het schoonste dat er is. De één drinkt koffie, de ander leest de gazet. Samen in stilte, want er moét niets meer, het is wat het is. Sommige mensen vinden dat saai en vluchten daarvoor, omdat ze denken dat ze elders iets wilders zullen vinden. Maar uiteindelijk verval je daar toch weer in. Het zijn net die gewoontes die het leven de moeite waard maken. Net dát is geluk. Ik ben me daar zeer bewust van. Ik weet dat een dag maar vierentwintig uur telt en dat ik moet genieten van de wolken die passeren. Net door dat bewustzijn komen de nummers van Kommil Foo bij mij harder binnen, denk ik. Ook zij zijn zich heel bewust van de waarde van die dingen. Het zijn heel gewone gasten die het leven van dichtbij bekijken en emoties niet uit de weg gaan.’
‘Udo is ook zo. In ‘Zielsveel van jou’ heeft hij het over de herinneringen aan iemands geur en stem. Dat lied is volledig vanuit de buik geschreven. Ik heb echt wel de Lotto gewonnen met mijn man. Ik hoop niet dat hij verdwijnt uit mijn leven, maar als het leven zo hard zou zijn voor mij, en ik kom iemand anders tegen, dan ben ik ervan overtuigd dat dat gewoon iemand zal zijn die mij gezelschap biedt. Want wat ik met Udo heb, kom ik in dit leven niet meer tegen. Alleen durf ik nu zelf niet meer te zingen. Ik heb ooit in een coverband gezongen, dus ik kan het wel een beetje. Maar sinds ik Udo Mechels ken, vind ik van mezelf dat ik slecht zing. Er is een soort van faalangst ontstaan omdat ik met een van de beste stemmen van België in mijn huis zit.’ (lacht)
Valérie Du Pré
De soundtrack van Leen Dendievel